Een paar weken voor de presentatie van zijn nieuwe boek Telkens een lichtkring dieper, eind maart 2024, reisde theoloog en schrijver Wim Jansen naar Rotterdam voor een gesprek met schrijver en rebalancer Lisette Thooft die hem in 2013 heeft geïnterviewd voor Volzin. Het gesprek ging toen over zijn boek Vlammend paradijs, in Rotterdam ging het over de dood, de liefde, erotiek, en vele andere onderwerpen. Vandaag deel 1 (van de totaal 5 delen die de komende 1,5 week allemaal online gaan) van dit gesprek waarvan u de tekst (in licht bewerkte vorm) onder de video vindt.
Lisette: Hallo Wim, na tien jaar zien we elkaar weer. Weet je nog waar het interview toen over ging, wat was het thema?
Wim: Ja het thema, het gesprek was naar aanleiding van een boek dat ik toen heb gepubliceerd: Vlammend paradijs. Dit boek is een adolescenten geschiedenis en gaat over de ontdekking van de liefde. En daarvoor, ik was toen predikant in vrijzinnig Delft, kwam jij toen naar Delft. We hebben daar in de Waalse kerk, in de consistorie, best een lang gesprek gehad.
En dat kwam in Volzin, in het blad, he?
Ja.
Ja, leuk ja. Ik was toen alleen nog maar journalist. Intussen ben ik eigenlijk bijna geen journalist meer. Ik ben nu therapeut met schrijfseltjes aan de zijkant. Jij bent nog steeds predikant én schrijver?
Ik ben predikant, maar wel met emeritaat zoals dat dan heet. Maar ik doe nog heel veel. Ik ga heel vaak voor en ik schrijf ook nog. Ik ben de laatste vier jaar nog meer gaan schrijven dan daarvoor…
Met de laatste vier jaar bedoel je sinds je diagnose (Wim weet sinds 4,5 jaar dat hij ongeneeslijk ziek is)?
Ja, sindsdien is het alleen maar blijven stromen.
Binnenkort komt je nieuwe boek uit?
Ja, dat gaat eind maart gepresenteerd worden.
Hoe heet het?
Telkens een lichtkring dieper.
Maar… wil jij ook nog wat vertellen? Jij bent minder gaan schrijven en meer therapeut geworden. Of eigenlijk therapeut geworden en schrijven doe je er alleen nog maar een beetje bij. Hoe is dat nou zo gekomen? Want ik heb dat een beetje op afstand gevolgd…
Ja, nou heel wonderlijk. Ik dacht altijd: ik blijf schrijven tot ik sterf. Ik blijf journalist voor bladen tot ik sterf, want het is het leukste werk wat er bestaat. Maar iemand, en dat was een astroloog grappig genoeg, zei tegen mij: ‘Jij moet professioneel aangeraakt worden.’ Dat vond ik zo eng klinken. Who… professioneel aangeraakt worden… Wat gaan ze dan doen? Gaan ze in je prikken? Dat deed ik dus niet. Een jaar later kwam ik weer bij die man en hij zei: ‘Ben je nou al bij die rebalancer geweest?’, want hij had me naar een rebalancer gestuurd. En ik zei: ‘Nee, ik heb al het andere gedaan wat je zei dat ik moest doen, maar dit nog niet.’ En toen zei hij: ‘Het is voor iedereen goed, maar voor jou is het een must.’ Toen dacht ik: nou, wat must, dat must, en ben ik naar de rebalancer gegaan die hij mij had geadviseerd. Toen ben ik daar op de massagetafel totaal uit elkaar gespat van emotie. Allemaal opgekropte emotie die er nog in mij zat. Het was zo’n bijzondere ervaring. Ik heb een traject gedaan bij die man van een aantal keren. Elke keer gebeurde er weer iets bijzonders en toen dacht ik: ja, dit wil ik ook. Ik wil worden zoals die man…
“Maar mag ik even wat vragen, want rebalance zeg je, rebalance?
Rebalancing.
“Ik had er eerlijk gezegd nog nooit van gehoord, tot ik het inderdaad bij jou ergens tegenkwam. Kun je vertellen wat dat inhoudt?”
Zeker, het is eigenlijk een mix van vormen van emotioneel lichaamswerk. Het is ontstaan in Poona, bij Osho, voorheen Bhagwan. Daar waren allemaal lichaamswerkers. Die had hij speciaal geregeld, want al die mensen die gingen mediteren kwamen in een oude pijn terecht en die moesten opgevangen worden. En die mensen, die therapeuten, craniosacraaltherapeuten, Alexandertechniek-therapeuten, enzovoort, vroegen aan hem: wat is het lichaamswerk van de toekomst? Toen zei hij: ‘Als jullie nou alles aan elkaar vertellen wat je weet, je haalt daar een kern uit, en je noemt het rebalancing, dat is het lichaamswerk van de toekomst.’ Nou daar hebben ze een school gemaakt samen. In Nederland is er ook een school, in Duitsland ook, ik weet niet precies waar, en in Italië bijvoorbeeld. Ik heb dus in Nederland de opleiding gedaan, dat is een 3-jarige parttime opleiding en toen was ik rebalancer. En dat is echt, dat is een grote stap. Ik was ook al coach trouwens, ik was al coach, ik ontving mensen om mee te praten. Maar ik had heel vaak iemand zitten en dat ik dan dacht: ja, die persoon moet niet praten, die moet gaan voelen. Nu ben ik bezig mensen uit te nodigen om te gaan voelen. Ik masseer, het is massage met diepe bindweefselmassage, heel traag en heel aandachtig. De massage gaat over zo’n rug en dan is het de bedoeling dat iemand echt voelt: oeh, wat zit er allemaal in mijn rug, en in mijn schouders en in mijn buik en in mijn been, enzovoort.
Je leert de spanning op te sporen?
Nou, het gaat niet om opsporen en wegwerken. Het gaat om uitnodigen om te voelen. Ik heb daar een tegeltje hangen: ‘Alle genezing is zelfgenezing’. Rebalancing gaat heel erg over zelfgenezing. Je bewust worden van: wat is er allemaal in mijn lichaam? De aanname is: elk kind heeft trauma’s. This is planet trauma. If you don’t want to be traumatized, you’ve come to the wrong planet. Dat is een uitspraak van Peter Levine van de Somatic Experiencing. Ik vertaal dat als: Dit is planeet pijn. Wil je geen pijn, moet je hier niet zijn. Dus iedereen zit vol met oude pijn en voor een kind is dat niet te doen, niet te hebben, niet te dragen. Als kind gaan we dat in de vorm van spanning ergens verdringen of wegstoppen. Nou, daar kun je 90 jaar mee worden, allemaal heel krom en boos. Maar je kan het ook leren ontspannen en je hart ervoor openzetten. Bijna letterlijk, je hart gaat natuurlijk niet echt open, maar je gaat het wel voelen. Branderig, kramperig in je borstkas en dan moet je weten, moet je gewoon weten: je hart is groot genoeg voor alle pijn als je een volwassen mens bent. Niet een kind, niet een dier, maar wel een mens. Het is groot genoeg voor alle pijn, het hart.
Is dat een proces, daar rijp voor worden, zeg maar?
Ja, dat is eigenlijk volwassen worden.
Dat is eigenlijk ouder worden, volwassen worden.
Volwassen worden, denk ik. Als je in jouw hart gaat voelen wat er pijn doet, dan gaat jouw hart daar compassie van maken. Het hart is een grote transformator: het maakt van pijn liefde, compassie, geduld, enzovoort. Dat is volgens mij het doel van het leven op aarde. En dan zijn we ook meteen klaar, uitgepraat, want dat denk ik.
Oké, dank je wel. Dan gaan we weer, hahaha.
Dat wij hier zijn, dat wij hier zijn… Ik denk dat Onze Lieve Heer met dikke lagen de pijn over ons heeft uitgesmeerd. Jij een kwakje trauma en jij… En weet je, iedereen heeft dus zijn eigen schatkist vol met pijn in zijn lijfje zitten. Als je dat eruit haalt en je gaat dat voelen in je hart, dan wordt het liefde. En zo maken wij hier op aarde liefde. Dat is volgens mij het doel van de aarde.
Dan is het leven een proces van liefdewording.
Ja, ja.
Geschapen uit oudere pijn, alles waarmee je geboren wordt, wat je verzamelt in je leven als kind, in je leven, enzovoort. Het is bijna je opdracht – is een naar woord -, maar het is bijna je bestemming, laat ik dat woord gebruiken, om daarmee in het reine te komen en tot liefde te transformeren. Dat spreekt me wel aan, dat herken ik. Ik zou denk ik andere woorden gebruiken. Alhoewel, ik kende de term rebalancing niet, dus ik ben vanuit andere jargon denk ik wel bij hetzelfde uitgekomen, want ik herken dat.
Ja, dat denk ik ook.
In Telkens een lichtkring dieper heb ik dat juist beschreven: het leven is niet zomaar een verzameling toevalligheden, maar je gaat ergens in, je gaat een proces in. En langzamerhand ontdek je waar die pijn toe diende, bijvoorbeeld, waar die pijn zich omzet in liefde.
Ja, precies, dat herken ik ook in jouw werk inderdaad. Het gaat over hetzelfde alleen met andere woorden.
En ook het fysieke, wat je zegt. Je voelt het fysiek, zei je, dat de pijn zich manifesteert of naar buiten wil als het ware. Ik herken dat dan, ik herken ook de bevrijding van als je dat mag zien. Dus de bewustwording en de gloed van liefde, de gloed. Het woord gloed komt in mijn teksten heel veel voor. Omdat ik dat ook werkelijk fysiek voel. Als ik ’s nachts wakker word, dan kan ik fysiek God voelen. Laten we het zo maar even zeggen.
Wauw, ja.
Ik wil anderen niet de loef afsteken. Maar dat is wel wat ik voel. En dat ligt dus inderdaad ook heel dicht tegen erotiek aan.
Ik geloof je helemaal ja.
Dat herkende ik ook meteen wel in jouw verhaal van dat lichaam, een van de grootste wonderen zeg maar, dat je moet leren zien.
Het lichaam is geen ding.
Ik heb wel een vraag meteen, want: ‘Alle genezing is zelfgenezing’… Nou goed, ik wil er niet – hoe moet ik het zeggen – het hoofdonderwerp van maken, maar ik ben wel ongeneeslijk ziek. Het kan nog jaren duren, maar niettemin: ik ben ongeneeslijk ziek. Hoe zie je dat dan? Want ik zal mezelf niet kunnen genezen.
Nou, wij zijn allemaal ongeneeslijk ziek, want wij gaan allemaal dood. Maar ik zie doodgaan als terug naar huis. Klaar, naar huis. Wij moeten op de een of andere manier – net als de kleine prins die zich laat bijten door een slang om terug te mogen naar huis – een kanker nemen of een nierfalen ofzo. Kom maar, zegt je ziel waarschijnlijk, ik ben bezig om me klaar te maken en ik mag naar huis. Ik word altijd heel ontroerd als ik daarover praat, want ik wil ook echt heel graag naar huis. Alleen, ja ik heb kennelijk nog iets te doen.
Je bingokaart is nog niet vol, zei iemand tegen mij, hahahaha.
Ja zoiets. Ik ben in november door een auto aangereden en heel hard met mijn hoofd – van de fiets – op de grond gevallen. Iets waar mensen aan dood gaan. Daar heb ik later ook een heleboel verhalen over gehoord: van de fiets gevallen en dood. Maar ik niet. Ik had een enorme wond, en het bloedde en het was heel dramatisch. Ik moest echt een tijd niet werken. Maar kennelijk moet ik nog door, vind ik te dramatisch en te negatief, want ik mag nog door en ik vind het heerlijk hier, maar ik verheug me op de dood.
Oké, nou, ik ben blij dat je dat zegt, want dat herken ik. We hadden het er in de auto over toevallig. Er zijn maar weinig mensen die – als ik zeg dat ik ernaar kan verlangen, maar tegelijk het heel fijn zou vinden om hier nog lang te blijven – dat begrijpen.
Precies, maar dit is de paradox. We zitten hier in het universum van de paradox. Dit is een van de diepste paradoxen.
Ja, en de fysieke pijn of de fysieke kwalen… dat die je bereid maken om dingen los te laten. Dat dat niet een harde aanval is op jouw geluk of wat ook, maar dat het blijkbaar nodig is om toch los te komen van het leven hier.
Ja, precies en dat is een lang proces.
Ja.
Want in het begin ben je zo blij met je lichaam, dan wil je echt niet weg. Trouwens, dat is niet eens waar. Het schijnt dat kinderen heel makkelijk sterven omdat ze nog niet zo vast zitten.
Dat zou wel eens heel goed kunnen.
Maar na de puberteit zit je er helemaal in. Dan zeg je: dat is mijn lichaam, het moet sterk zijn, enzo. Maar, ik weet niet wanneer – 15 jaar geleden ofzo, moesten mijn voortanden verwijderd worden. Die zijn allemaal vals nu. Ik weet nog dat ik in de spiegel keek en dat gat zag en ik dacht heel serieus en zonder drama: nu kan ik ook dood, want dat is zo’n inbreuk op wat ik altijd dacht dat ik was. Mijn persoonlijkheid, ofzo.
Wie zijn gebit schendt, schendt zijn aangezicht.
Zoiets ja. En ik heb dat vaker gehoord. Dus dat soort dingen gebeuren. Dus ik denk serieus dat al die kwalen: want het is niet makkelijk en ik wil ook niet badinerend of bagatelliserend daar over doen. Maar ik realiseerde me: het is vaak heel pijnlijk en heel moeilijk. En uiteindelijk ik ben het helemaal met je eens: dit is nodig om los, losser, losser…
Ja, ik zeg dat overigens inderdaad. Ik ervaar het dan zelf zo. Ik zal het niet graag aan een ander opleggen. Zo werkt dat niet, maar ik kan wel zeggen vanuit mezelf dat ik merk – met name als ik zo’n periode van pijn heb, en die heb ik dan wel omdat er dan weer tegenvallende uitslagen zijn – dat ik kan ervaren: blijkbaar is dit ook nodig.
Ja, blijkbaar is dit ook nodig.
Het is ook een beetje de wijsheid, dat schrijf ik in mijn boekje ook, van Shiva, de vernietigende. De wijsheid van de god Shiva van: het hoort erbij dat je onttakeld wordt. Dat je zo langzamerhand ontmanteld wordt en dat je essentie steeds meer aan het licht komt.
Precies. Op aarde gaat alles in golven of misschien wel: in deze kosmos gaat alles in golven. In alles opgaan, drinken en verzinken. Maar waarom gaan wij verzinken? Om het mogelijk te maken dat het nieuwe wordt geboren.
Ja, precies.
Als wij niet dood zouden gaan, zouden er geen nieuwe baby’s kunnen komen. En wat is er heerlijker dan een baby? Wat is er bijzonderder dan een nieuwe baby?
____
A.s. woensdag deel 2 van dit gesprek op Ongrond.
Met dank aan Joke Idema voor het uittypen van de interviewtekst en aan Gert Kooiman voor het bewerken van de filmpjes.
dank, grote dank. En bemoedigend. wijsheid aller wijsheid!
Blijf nog maar even voor ons, voor mij. Dank
Mooi gesprek Wim
Ik herken het lichaamswerk van Speyertherapie!
Oude pijn opruimen die zich heeft vast gezet in je lijf om weer bij jezelf, bij het kind te komen en zo opnieuw jezelf te leren kennen en je gevoelens en je behoeftes te voelen, maar zeker ook de liefde in jezelf en voor het AL.
Er staat toch ook ergens in de bijbel een tekst over wedergeboorte?
Of worden als een kind ?
Mooi gesprek Wim
Ik herken het lichaamswerk van Speyertherapie!
Oude pijn opruimen die zich heeft vast gezet in je lijf om weer bij jezelf, bij het kind te komen en zo opnieuw jezelf te leren kennen en je gevoelens en je behoeftes te voelen, maar zeker ook de liefde in jezelf en voor het AL.
Er staat toch ook ergens in de bijbel een tekst over wedergeboorte?
Of worden als een kind ?