Written by 09:37 Verdieping • One Comment

De opgeheven middelvinger

“Moet je, als je in een alwetende schepper gelooft, deze god bedanken voor de zeven peuters die door reddingswerkers onder het Turkse en Syrische puin vandaan zijn gesleept? Of mag je god in een woedend gebed helemaal verrot schelden omdat ie een kansloos stukje wereld moedwillig tot puin heeft laten schudden? Ik zou het begrijpen als je als goedgelovige dit weekend vloekend je gebedshuis verlaat. Met opgeheven middelvinger naar de dienstdoende prediker…’ 

Tot zo ver Youp van ’t Hek in zijn NRC-column afgelopen weekend: https://youp.nl/columns/laser-op.

Dienstdoende prediker, dat ben ik de komende zondagen zelf…

Door: Wim Jansen

Maar waarom die middelvinger naar de prediker, Youp? Je weet toch niet wat die gaat zeggen of bidden? Misschien vloekt hij zelf wel. Ik in ieder geval wel. Misschien steekt hij zelf wel zijn middelvinger op naar… Ja, naar wie of wat eigenlijk? Naar die god van jou, die ‘alwetende schepper’ zoals jij hem noemt?

F*ckvingers
Naar die god hoef je geen middelvinger op te steken, want die bestaat niet. Ik weet het, eeuwenlang hebben religies het er ingeramd, dat hij – ja, natuurlijk HIJ – wel bestaat, maar gelukkig is dat niet het geval. Gelukkig, want zo’n god, die almachtige President in het heelal, die de aarde doet schudden op plekken waar iedereen het al zo moeilijk heeft en intussen het Kremlin spaart, daar steek ik ook mijn middelvinger naar omhoog.  
Dat is, zoals een Delftse taxichauffeur het ooit uitdrukte ‘die ouwe daarboven, die een schop onder zijn hol verdient.’

Maar als het daarover gaat, Youp, waarom dan niet ook een grote f*ckvinger naar de Turkse architecten en aannemers die bordkartonnen flats bouwen? En naar de regering die dat oogluikend schijnt toe te laten? Onze zoon, die jaren in Chili heeft gewoond, en zijn Chileense geliefde, meldden ons met grote regelmaat dat ze hun flat in Santiago weer hadden voelen schudden, maar ze waren nooit bang, want bij alle wandaden die de regering ook op z’n geweten heeft, heeft die er wel voor gezorgd om aardbevingbestendige gebouwen neer te zetten! 

Mysterium Tremendum 
Zoals zo vaak deel ik je woede, Youp, laat dat duidelijk zijn. Ik sta aan jouw kant. Ik wil alleen niet in jouw perspectief blijven steken. Want weet je wat ik opmerkelijk vind? Dat de mensen die het zwaarst getroffen zijn door de aardbeving nota bene troost ontlenen aan de god tegen wie jij zo fulmineert. Of is het niet dezelfde god?
Ach, ik vrees dat ze ook wel zo’n beeld hebben van een almachtige veroorzaker, maar vreemd genoeg staan ze daar niet zo bij stil. Ze laten hartstochtelijk hun tranen de vrije loop, dat hebben we allemaal gezien, maar ik heb nergens een opgeheven middelvinger gezien. Dat is toch frappant. De mensen die het treft ontsteken niet in woede, maar komen tot een houding van aanvaarding, zowel Syrisch orthodoxen als moslims. Wat zou hun geheim kunnen zijn?

Ik tast ernaar. Zou het kunnen zijn omdat wie alles uit handen wordt geslagen in een volstrekt andere modus komt? Een modus van overgave. Lege handen leiden tot overgave. Aan het leven zoals het komt. Aan het lot, zo men wil. Aan het huiveringwekkende, onbegrijpelijke en onmaakbare. Aan God als je het zo wilt noemen. Aan het Mysterium Tremendum.
Dan moet ik natuurlijk denken aan de bedenker van die uitdrukking, Rudolf Otto. Een fragment uit zijn Das Heilige en wat ik daarover schrijf in mijn boek Brandend verlangen.

Huiver
“Otto geeft een fragment weer uit de roman Beroepstragiek van Max Eyth. Het gaat over de bouw van een hoge brug over de Ennobaai. Een staaltje van menselijk vernuft. Maar kijk, daar raast een cycloon en blaast het bouwwerk de diepte in. De ik-figuur, een van de bouwmeesters, vertelt hoe hij teruggaat naar dat ‘toneel der huivering’ en hij beschrijft een besef dat we in onze tijd van maakbaarheid lijken te zijn kwijtgeraakt: ‘Achter ons, als een groot open graf, lag de Ennobaai. De Heer van leven en dood zweefde over de wateren in stille majesteit.’

En Otto vertelt dan hoe ze knielden… knielden voor het grote, onbegrepen geheimenis, eerbiedig voelend – voelend wat? Dat het gelijk heeft.
Dat het gelijk heeft? Het is een uitdrukking uit de meningensfeer, die hier niet lijkt te passen… maar in het Duits wordt het duidelijk: dass es Recht hat. Het is grappig dat die uitdrukking in het Duits nooit de klank van ‘gelijkhebberigheid’ kan krijgen die het bij ons heeft. Het, dit natuurgebeuren, heeft z’n recht. Het staat in z’n recht. Het wijst ons onze plaats.”

Goethe zei het zo: “Huiver is het mooiste vermogen van de mens”. Het is helaas een vermogen waarvan vele westerlingen zijn vervreemd. Huiver dringt door tot in het diepste innerlijk.  

Innerlijke kracht
En misschien is dat wel het verschil, Youp, tussen jouw god en hun God. Jouw god is de door jou rationeel bedachte en voorgestelde god van de fysieke wereld. De God aan wie anderen troost ontlenen – door jou neergezet als ‘goedgelovigen’ – is de door hen ervaren God van de binnenkant. Misschien is dat hun geheim: zij hoeven niet af te rekenen met een god die hun fysieke buitenkantwereld doet instorten, omdat zij weet hebben van God als geestelijke, innerlijke werkelijkheid.
God als innerlijke kracht die wel, als verborgen werkelijkheid achter de uitwendige chaos, invloed uitoefent op die chaos. Hoe dan? Door de liefde.

Iedereen die onbegrijpelijk leed heeft doorgemaakt – en wie heeft dat niet? – zal het herkennen: hoe liefde is gegroeid tegen de verdrukking in, juist in het lijden, juist dwars doorheen het wrede lot. Er is geen duidelijk onderscheiden goed en kwaad. We willen allemaal geluk, maar juist geluk kan niet zonder zijn radicale tegendeel. Het is niet te beschrijven hoeveel zegen juist mijn vele ziektes mij hebben geschonken! Hoeveel liefde is voortgekomen juist uit het lijden.
En dan zeg ik het nu zo: hoeveel God is geboren middenin de shit!   

Het is als met de zon. Deze week wandelde ik over de boulevard van Vlissingen, de plek van het mooiste licht ooit en vanaf komende april onze nieuwe woonstee. Ik zag de zon en haar weerspiegeling. Ik vond inzicht in haar dubbelheid van ‘vriendelijk zonnetje’ en ‘koperen ploert’.
Maakte de foto van ons nieuwe uitzicht (zie boven). En schreef het gedicht. 

De zon

die met haar licht,
verzacht door zee en mist,

je zoveel schoonheid schenkt
verzengt je ook

maar altijd
is zij bron

en altijd
heeft zij lief.

Over Wim Jansen
Wim Jansen (1950) is theoloog, schrijver en dichter, aan christendom en religie voorbij – en uitgekomen bij de mystiek van de Liefde. Hij is emeritus predikant van Vrijzinnig Delft en de Vrijzinnige Koorkerkgemeenschap in Middelburg en was ook lange tijd werkzaam in het onderwijs, met name aan de Hogeschool Zeeland. Komend voorjaar verschijnt van hem een nieuwe bundel met de mooiste liefdesgedichten, die hij schreef voor zijn geliefde Eliane. Titel: Eliane – liefdeslyriek. Zie voor achtergronden en eerdere publicaties zijn website www.wimjansen.nu.

(Visited 512 times, 1 visits today)
Close