Geschreven door 17:46 Verdieping

Onbekommerd leven – wie wil dat nou niet?

Wij mensen denken wat af. En dat is maar goed ook. Denken is een geweldige kracht. Maar je kunt er niet alles mee oplossen. Wij beschikken over een vermogen dat ongelooflijk wordt onderschat: intuïtie. En in het verlengde daarvan: mediteren. Een column over de noodzaak van meditatie in een maatschappij met zoveel burn-outs en chagrijn. Want onbekommerd leven, wie wil dat nou niet?

Door: Wim Jansen | Foto’s: Pixabay

Laat ik als ongeneeslijk onderwijsmens beginnen met een verhaal, zoals ik overigens in mijn preken ook altijd doe:

Dirk de Duizendpoot wandelde met zijn duizend poten over de bladeren. Onbekommerd. Hier en daar at hij zijn buikje rond om vervolgens weer een ander plekje op te zoeken en daar zijn buikje rond te eten. Het leukst vond hij het om zo lekker schommelend op zijn duizend poten van blad naar blad te dansen, nou ja, slow dansen.

Maar op een dag kwam hij een mensdier tegen, dat zich over hem heen boog, hem ernstig bestudeerde en vroeg: ‘Mijn beste duizendpoot, hoe doe je dat toch?’
‘Hoe doe je wat?’ vroeg Dirk.
‘Dat lopen met duizend poten… Hoe doe je dat in Godsnaam? Leg het me uit!’ zei het mensdier.
Dirk dacht diep na. Maar na een tijdje moest hij zeggen: ‘Ik weet het niet. Ik kan het je niet uitleggen.’

Toen wilde hij weglopen… maar hij merkte dat hij het plotseling niet meer kon, lopen met z’n duizend poten. Telkens moest hij er nu aan denken hoe hij dat toch deed. En dan kon hij het niet meer.

Verlammen
Denken is een geweldige kracht. Wat heeft de mensheid al niet bereikt met denken? Denken is ook noodzakelijk – denken kan orde scheppen in de chaos. Maar er schuilt ook een gevaar in. Denken kan tot piekeren worden. Kan je zelfs verlammen – denk maar aan het verhaal van de duizendpoot. En aan het verhaal van mijn geliefde.

Zij speelde als kind verdienstelijk accordeon. Haar moeder zag dat ze zo leuk meebewoog met het ritme en zei dat tegen haar: ‘Wat leuk dat je zo meebeweegt!’ Vanaf dat moment heeft ze het nooit meer gedaan.
Zodra je je iets bewust bent en dus gaat denken kun je het niet meer. Toen ik les gaf op de Pabo is het volgende mij meermalen overkomen: de beste stagiaires waren zij die van nature vertelden en lesgaven. Maar het onderwijs is een papieren universum geworden. Elke les moet doordacht en op papier uitgewerkt. Het waren juist mijn beste studenten die me zeiden: als ik bij alles moet nadenken verlamt het mij.

De verlamde duizendpoot, we zien hem overal: in het onderwijs dus, maar ook in de zorg als de protocollen het voor het zeggen krijgen, op het voetbalveld als de systemen overheersen, in de bureaucratieën van de hulpverlening, in al te rationele theologie…    

Denken is zilver, niet-denken is goud
Denken is ook minder groot en minder machtig dan men zou ‘denken’. Het zijn juist de echte denkers die dat beamen. De filosoof Hannah Arendt bijvoorbeeld constateert dat ons denken feitelijk alleen na-denken is, d.w.z. construeren achteraf. Dat de beslissingen al in een eerder stadium genomen zijn.
Maar waar dan?

Dat is en blijft een geheim. De wiskundige (!) Ronald Meester zegt: als je je overtuigingen denkend analyseert en je argumenten steeds verder afpelt kom je uiteindelijk tot de slotsom dat je kiest voor die of die overtuiging omdat het nou eenmaal zo voelt!  
Onze diepste overtuigingen komen niet voort uit ons denken maar uit onze intuïtie – wat we dan aanduiden als: dat het zo voelt…

Niemand minder dan de denker Spinoza beweert dat de hoogste kennissoort niet uit het denken en de rede voortkomt maar uit de intuïtie. Via de intuïtie ervaren we van binnenuit wat waar is en onwaar. Via de intuïtie komen we ook de dingen van de eeuwigheid op het spoor en de kennis van wat Spinoza ‘Gods eeuwige en eindeloze wezen’ noemt.
Via de intuïtie leren we onszelf te zien als deel van het goddelijke geheel, leren we ons leven te zien in zijn essentie: het licht van de eeuwigheid, de eindeloze liefde. 

Natuurlijk zijn de rede en het denken belangrijk voor Spinoza, maar de grote beslissingen vinden vanuit de intuïtie plaats,met behulp van de innerlijke gids. Vanuit Spinoza’s volgorde zou je kunnen zeggen: Denken is zilver, niet-denken is goud.

Denken, denken, denken
Intuïtie heeft niets te maken met al dan niet ‘spiritueel zijn’. Je hoeft er geen mysticus voor te zijn om te kunnen onderschrijven dat wij alleen in het niet-denken echt leven. Daar leven wij vanuit onze diepste kern.
In een van zijn sonnetten wijst de dichter Hans Andreus op de bloemen en de dieren:

Bloemen leven licht-zinnig in hun bladen.
Dieren lopen vanzelfsprekend; ze zwijgen
van wat ze zouden kunnen zijn; hun daden
gebeuren altijd nu; dieren zijn eigen.

Mensen doen alsof. Bestaan in ijskoude,
denken, denken, denken dat zij bestaan…

Mensen zijn geneigd alles kapot te denken. Zij denken zich winterse systemen, kille rationele dogma’s. Veel waarop mensen vertrouwen is bedacht. Komt niet van binnenuit.

Andere vermogens
Leer te luisteren naar wat van binnenuit komt, wat Meister Eckhart noemt: Wat van binnenuit wordt bewogen. Dat leer je niet door te denken. Hoe dan wel? Door andere vermogens aan te spreken. Het vermogen van de stilte. Het vermogen van de overgave. Zoals de duizendpoot zich overgeeft aan de natuurlijke beweging van zijn pootjes. Zoals mijn geliefde, voor ze door haar moeder bewust werd gemaakt, zich met haar lichaam overgaf aan het ritme.

Het is het vermogen van meditatie: jezelf loslaten en vertrouwen op ‘wat van binnenuit wordt bewogen’. Door je te focussen op de essentie ‘in het licht van de eeuwigheid’. Mediteren op de essentie en daarbij blijven.

Denken is immers vaak controle, angst. Daarom kan denken tot piekeren worden, vreugdeloosheid, verkramping, depressie. Zoveel mensen in onze samenleving lijden daaraan. Immers, gedachten kunnen een mens kwellen. Leer je over te geven aan de zalige leegte van het niet-denken.

Gedachten die kwellen
Ik denk aan een ander gedicht, van Nicolaas Beets: De moerbeitoppen ruisten.

De moerbeitoppen ruisten;
God ging voorbij;
Neen, niet voorbij, hij toefde;
Hij wist wat ik behoefde
En sprak tot mij.

Sprak tot mij in den stillen,
Den stillen nacht…

Hij beschrijft een ervaring in de stilte van een zomernacht. Daarin gebeurt de essentie van zijn leven. Beets noemt het God, maar dat hoeft niet. Laten we het universeler zien en zeggen: hij ervaart even ‘het licht van de eeuwigheid’. Hoe alles zou moeten zijn.

Blijkbaar wordt hij, net als de meesten van ons, gekweld door gedachten, maar:

Gedachten die mij kwelden
vervolgden en ontstelden
verdreef hij zacht…

De ervaring, de ‘hij’, doet de lasten van zijn schouders afglijden.
Onbekommerd gaat hij de morgen tegemoet.

Copernicaanse wending
Mediteren is loslaten, biedt een reële visie op de werkelijkheid. Brengt tot de essentie. Ga eerst in dat grote licht van de eeuwigheid en bezie dan je problemen opnieuw. Het is de copernicaanse wending die hierop neerkomt:
Probeer niet eerst al denkend je problemen op te lossen om daarna gelukkig te worden, maar kies voor het licht, wees gelukkig en dan lossen je problemen zich meestal vanzelf op. 

Jezus zou zeggen: blijf in mijn liefde. Blijf in de lichtkring van de liefde. Laat je daar niet uit weglokken door angst of knagende gedachten. Maak het tot je mantra: blijf in mijn liefde. Je klaart er innerlijk van op en kunt de dingen onbekommerd genieten. En wie wil dat nou niet?
Onze samenleving heeft het zo nodig.

Over Wim Jansen
Wim Jansen (1950) is theoloog, schrijver en dichter, aan christendom en religie voorbij – en uitgekomen bij de mystiek van de Liefde. Hij is emeritus predikant van Vrijzinnig Delft en de Vrijzinnige Koorkerkgemeenschap in Middelburg en was ook lange tijd werkzaam in het onderwijs, met name aan de Hogeschool Zeeland. Deze maand verschijnt zijn boek Brandend verlangen. Voor meer info: www.wimjansen.nu.

(Visited 463 times, 1 visits today)
Sluiten