Geschreven door 08:42 Opinie • 2 Reacties

Seks en God en dood

Laten we het in deze zure tijd van virussen en kille maatregelen eens over iets leuks hebben: Seks. Dat kan nog net, zo kort na Valentijn en de Week van de Liefde. In deze column een pleidooi om seks te verbinden met liefde, God en dood. Dit geldt voor iedereen. Voor stellen in een relatie waarin de seks is uitgedoofd, voor celibatairen, singles en alleenstaanden na verlies van de geliefde door scheiding of dood. Heb je lichaam lief.

Door: Wim Jansen | Foto onder: Wim Jansen

Velen ervaren dit thema als ongemakkelijk, maar we moeten het er nu en dan toch over hebben. En dat zonder een blad voor de mond te nemen. Ik voel me daar echt toe geroepen, alleen al omdat erotiek als een van de mooiste en meest mysterieuze scheppingsgaven beschouwd mag worden.
Bovendien ben ik een liefhebber van ongemakkelijke onderwerpen. En van seks. Dat heb ik niet van een vreemde. Van God zelf namelijk.  

Ik besef natuurlijk ook dat seks niet altijd leuk is. Het kan heel saai zijn, banaal, ranzig of verslavend, soms zelfs verwoestend. Het is net als met eten. Ook dat kan heel plat zijn, hebberig, ongezond, tot vreten worden. Tegelijk kan het de meest verfijnde en verrukkende bezigheid zijn.

Voor beide geldt dat je er zelf het hoogste in kunt zien en uit kunt puren, ja, dat je het als Goddelijk kunt ervaren. Goddelijk, daar wil ik naar toe.
Het is een keuze om seks te verheffen, te verbinden met liefde en God.

Liefde
Ik gun ieder zijn beleving en ik heb nergens een oordeel over, maar ik kan alleen maar schrijven vanuit mijn eigen beleving. En die is dat seks het best tot zijn recht komt in de liefde. Dat in de liefde als hoogste gave de erotiek mee komt als vervulling daarvan en zo tot een hoogwaardig feest kan worden.
Let wel, ik heb het niet over het huwelijk of monogamie op zichzelf – die bieden geen enkele garantie. Het gaat om de liefde. En die is niet gebonden aan een instituut of een principe. Binnen een huwelijk kan de meest egoïstische en liefdeloze seks plaatsvinden. En monogamie is niet in de eerste plaats een voorwaarde voor een liefdesrelatie maar veeleer een gevolg ervan.    

Alleen in de liefde is seks werkelijk veilig. De liefde tilt de lust op uit het krokodillenbrein in de hoogste humaniteit.  In een sfeer van ruimte en respect, zowel voor een geliefde als voor jezelf. Een domein waar ‘zachte wetten gelden’.* 
De liefde voert je in een wereld waarin je ik zich niet groot maakt maar juist wil opgaan in het grote, universele vuur dat, als het eropaan komt, alle mensen doorgloeit. Dat beeld brengt me het vurige verlangen van de Middeleeuwse liefdesmysticus Rumi te binnen: op te branden in God ‘als een mot in een kaarsvlam’.

God
In de liefde transformeert de natuurlijke, lijfelijke lust tot lichtglans van God: de sjechina. Deze joodse associatie gaat sommigen een brug te ver. Iemand zei me ooit wat veel mensen zeggen: ‘Ik begrijp niet wat erotiek met God te maken heeft, ik vind erotiek juist heel aards.’
Dat begrijp ik dan weer niet.

Natuurlijk is erotiek heel aards maar dat is geen beletsel om het tegelijk als puur Goddelijk te ervaren. Hier duikt ook het woord ‘zalig’ op, een zowel aardse als geestelijke bevinding. Ooit omschreef een vriend de ontdekking van de erotiek in zijn liefdesrelatie als volgt: ‘Je gaat weer in een God geloven.’  
Precies zo heb ik het ervaren.

Liefdesorganen
In deze lofprijzing van de erotiek mogen de geslachtsorganen niet ontbreken. In Rachel, of het mysterie van de liefde laat de Vlaamse schrijver Geert Kimpen zijn vrouwelijke hoofdpersoon het mannelijke lid in erectie bezingen als ‘stralend van levensenergie’ en ‘van een hemelse schoonheid’. In mijn eigen nieuwe boek Brandend verlangen omschrijf ik het vrouwelijke geslachtsorgaan als ‘een schatkamer waarin de Kohinoor van de aardse vreugde ligt opgeslagen. Daar, in dat specifiek op genot aangelegde orgaan, lijkt God zich ultiem te concentreren.’
Voor mij een reden om God als ‘zij’ weer te geven in plaats van ‘Hij met een hoofdletter’. 😉

Omdat ik weet hoe mensen soms reageren heb ik daaraan het volgende toegevoegd: ‘En nee, dat is niet ontheiligend. Integendeel. Het is juist het heiligen van het vrouwelijke liefdesorgaan dat zo vaak banaal wordt aangeduid terwijl het zo’n groot wonder is.’

Eenheid met God
Etty Hillesum, in haar dagboek, doet niet geheimzinnig over haar seksualiteit. Die behoort voor haar eenvoudig tot het leven dat ze, ook in Westerbork, ervaart als ‘iets prachtigs en iets groots’. Haar ervaring  van God ontwikkelt zich gaandeweg tot een geestelijke, innerlijke liefdesrelatie die aan erotiek en verliefdheid doet denken.

Ze schrijft over ‘die grote heerlijkheid die ons onvervreemdbaar innerlijk deel kan zijn’. En ze spreekt God aan als een geliefde: ‘Je hebt me zo rijk gemaakt, mijn God, laat me ook met volle handen uit mogen delen. Mijn leven is geworden tot één ononderbroken samenspraak met jou, mijn God, één grote samenspraak.’

Cultiveren
Het heeft iets van een geestelijk orgasme, deze met God gevoelde eenheid. Het is mijn ervaring dat de fysieke beleving van erotiek in de loop van een leven steeds meer samenvalt met de innerlijke beleving van God. Daarbij is het van groot belang om de trits ‘seks, liefde en God’ te blijven koesteren en cultiveren tot op hoge leeftijd.

Ik ben dankbaar dat mijn geliefde en ik deze energie schenkende vreugde nog steeds volop mogen ondervinden, ondanks de aanslagen van ziektes en medicatie – maar natuurlijk ook dankzij deze laatste.  

Het orgasme van de dood
Het orgasme wordt wel eens vergeleken met sterven. Het is immers een opgaan in… In wat? In dat vuur waarin alle dualiteit en afgescheidenheid wordt verteerd. Noem het liefde. Noem het God. 
Ook het Hooglied verbindt de dood met de erotische liefde in de metafoor van het vuur: Sterk als de dood is de liefde, een vuur van de Eeuwige.

Ik heb de indruk dat, andersom, doodgaan ook iets orgastisch kan hebben. Zo ervaar ik het althans in mijn brein tijdens het mediteren, dat immers ook als een ‘oefening in sterven’ mag gelden.
Wat betreft de letterlijke, fysieke dood moet ik dan denken aan de vele Nabij-de-dood-ervaringen, in het bijzonder aan die van de schrijfster Annette Herfkens in haar boek Turbulentie. Als ze in de Vietnamese jungle ligt dood te gaan voelt ze haar brein als ‘aangesloten op die gigantische gloeiende bal energie. En liefde. Enorme, moeiteloze liefde…’
Later zal ze dit moment van bijna doodgaan dan ook inderdaad omschrijven als ‘een orgasme in de hersenen.’       

Eros en Thanatos liggen verstrengeld in een vurige vrijage.
Ik hoop, nee, ik verwacht mijn eigen dood zo te ervaren – maar ik heb geen haast.

*Zie Poëzie op mijn website www.wimjansen.nu i.h.b. het gedicht Oertaal.

Over Wim Jansen
Wim Jansen (1950) is theoloog, schrijver en dichter, aan christendom en religie voorbij – en uitgekomen bij de mystiek van de Liefde. Hij is emeritus predikant van Vrijzinnig Delft en de Vrijzinnige Koorkerkgemeenschap in Middelburg en was ook lange tijd werkzaam in het onderwijs, met name aan de Hogeschool Zeeland. In maart 2020 verscheen zijn boek O vader wij zijn samen geweest. Voor meer info: www.wimjansen.nu.

(Visited 1.036 times, 1 visits today)
Sluiten