Geschreven door 08:11 Verdieping • Een reactie

Titus Brandsma over vrede

In mijn vorige Ongrond-bijdrage beschreef ik enkele omzwervingen die ik heb gemaakt na mijn gereformeerde opvoeding. Nu verdiep ik me een beetje in het katholieke gedachtegoed, aan de hand van teksten van Titus Brandsma (1881-1942). Een aantal van deze teksten zijn gebundeld in het boekje Zo verborgen is God niet, samengesteld door Peter Nissen.

Door: Wim Davidse

In de jaren dertig van de vorige eeuw was Titus Brandsma in bestuurlijk opzicht zeer actief. Hij was rector-magnificus van de Nijmeegse Radbout universiteit (1932/33), adviseur van de Nederlandsche Roomsch-Katholieke Journalisten-Vereeniging, oprichter van de Frisia Catholica en medeoprichter van de Fryske Academy.
Tijdens de Duitse bezetting ontried hij, na overleg met de aartsbisschop van Utrecht, Jan de Jong, de redacties en directies van katholieke dag- en weekbladen om mee te werken aan propaganda voor de Duitse bezetters, het nationaalsocialisme en de NSB.
Dat leidde tot zijn arrestatie in januari 1942. Via gevangenissen in Arnhem, Scheveningen (‘Het Oranjehotel’), kamp Amersfoort, kwam hij op 19 juni 1942 terecht in Dachau. Hij overleed daar op 26 juli van dat jaar.
Naar de maatstaven van nu zijn zijn toespraken nogal wijdlopig. Daarom geef ik in het vervolg soms gedeelten uit zijn toespraken weer in eigen woorden.

Voorsmaak van de Hemel
In het hoofdstuk ‘Mystiek in Nederland’ komt zijn voorliefde voor mystiek mooi tot uiting. Hij zegt daarin: ‘Mystiek is voor mij het heerlijkste, het mooiste in onze godsdienst, een voorsmaak van de Hemel, omdat zij de vereniging, de innigste vereniging laat zien van de mens met God en van God met de mens’.
Wanneer we God zien als bron en laatste oorzaak, als diepste grond van al wat is, dan brengt dat God zeer nabij. ‘… zo verborgen is God niet’, zegt hij vervolgens.
Dit komt vermoedelijk uit de tekst van een radiotoespraak voor de KRO, waarschijnlijk uit het jaar 1929.

Een zieke maatschappij
Ik was erg benieuwd wat Titus Brandsma zou zeggen over vrede in zijn toespraak ‘Vrede en vredelievendheid’. Hij hield die toespraak op 11 november 1931 in Deventer, bij de herdenking van de wapenstilstand in 1918.
Hij begint met te zeggen dat velen denken dat het ijdel is om naar vrede te streven. We zijn onmachtig om de wetten van de geschiedenis te veranderen. Maar er kan een ommekeer komen in de menselijke gezindheid en als er maar voldoende steun is voor zo’n verandering kan de vrede in de wereld worden bewaard.
We hebben eigenlijk allemaal schuld aan oorlog. We hebben allen de oorlog bevorderd door de maatschappij waarin we leven. “De wereld is aldus ingesteld dat, als men niet strijdt, men onder de voet gelopen wordt en slechts de strijd de mens vooruit kan brengen”.
Titus Brandsma zegt in deze rede dat de maatschappij hierdoor zelf al de kiemen voor oorlog bevat.
Het viel me op hoe maatschappijkritisch hij was. “En zo wapent zich de werkgever tegen de werknemer en omgekeerd, zo wapent zich de ene klasse tegen de andere.” Hij stelt dat “… de oorlog voor een zeer groot deel is toe te schrijven aan de mentaliteit waarmee men de welvaart van de volkeren trachtte te bevorderen”.
En: “De concentratie van het kapitaal, de onverantwoordelijkheid van degene die het kapitaal verstrekt voor hetgeen daarmee wordt gedaan, verscherpen de klassenstrijd en scheppen een sfeer van haat en vijandschap tussen grote groepen van de bevolking, …”.
Hij vindt dan ook dat hervorming nodig van “een zieke maatschappij”.
Er moet een geest van vrede komen, eerst onder de mensen en van daaruit onder de volken.

Bemin die u haten
Titus Brandsma wijst op de vredesboodschap van Christus: “Bemin die u haten, doe goed aan die u vervolgen”.
Je vijand liefhebben dus. Dat betekent volgens mij geweldloos verzet. Als je geslagen wordt je ander wang toekeren naar de geweldpleger. De achterliggende gedachte zal zijn dat hij dan tot inkeer komt.

Toen Rusland Oekraïne binnenviel vroeg ik me af of geweldloos verzet daartegen een optie zou zijn. Burgers zouden kunnen gaan praten met Russen, toen de tankcolonnes vanuit Belarus tot stilstand waren gekomen.
Inmiddels kijk ik daar anders naar. Russische militairen hebben zich ontpopt als een soort moordmachines. ‘De andere wang toekeren’ zal hen echt niet tot inzicht brengen. Poetin zal zo’n verzet als zwakte zien en blij zijn dat hij zijn macht verder kan uitbreiden.

Ik ben het eens met Stevo Akkerman die in zijn essay ‘Overpeinzingen van een dienstweigerende oorlogshitser’ (Trouw – ‘Tijdgeest’ van 10 augustus) zegt dat hij respect heeft voor geweldloos verzet, “…. maar mijn respect wankelt als de geweldloosheid rust op het bagatelliseren van de misdadigheid van de rakettenwerper uit Moskou”.

Maar Titus Brandsma handelde in de geest van wat hij zei over vrede. Daarom is hij wat mij betreft terecht heilig verklaard in 2022.

Over de auteur
Wim Davidse was werkzaam als projectleider/onderzoeker bij een economisch instituut en is auteur van het boek Er is meer in ons – leren van de mystici.

(Visited 69 times, 1 visits today)
Sluiten