De tekenen van de tijd verstaan, daarover schrijft de Tsjechische priester Tomáš Halík een hoofdstuk in zijn boek De namiddag van het Christendom. De tijd is bij hem dan niet de kloktijd, de chronos in het Grieks, maar de kairos, de tijd als gelegenheid, de tijd om iets te doen. Hij spreekt over de Kairologie, de theologische duiding van de geloofservaring in de geschiedenis.
Door: Wim Davidse
Die duiding ziet Halík als taak van de publieke theologie. Het gaat er dan om de tekenen van de tijd te duiden. En dan komt hij tot de uitspraak: “Geïnspireerd door de Bijbelse profeten zien zij (de publieke theologen, WD) de veranderingen in de wereld als de zelfopenbaring van God in de geschiedenis”.
Tekenen van deze tijd
Dat vond ik toch wel een heel vreemde zin om te lezen in deze tijd. Zelfopenbaring van God in de geschiedenis? We zien nu belangrijke veranderingen, zoals de opkomst van het nationalisme in Europa en de VS. Dat lijkt echter het tegenovergestelde van ‘de zelfopenbaring van God in de geschiedenis’. Er lijkt nu meer sprake te zijn van een godsverduisternis.
Veel mensen lijken in verwarring, bezorgd, gedesoriënteerd en nemen dan hun toevlucht tot de eigen groep, de eigen natie, met liefst een sterke leider. Zo er hier een spoortje van God is dan gaat het over ‘het behoud van de joods-christelijke beschaving’. Dat is volgens mij een dekmantel voor behoud van de eigen vertrouwde gewoontes en van de eigen belangen.
Een opvallend teken van deze tijd dat hiermee samenhangt, vind ik het vastklampen aan eigen vooroordelen. Feiten die hierbij niet passen worden genegeerd of verdraaid en feiten die die oordelen bevestigen zijn de enige waarheid. Zo nodig worden feiten verzonnen die de eigen vooroordelen schragen. Generaliseren, zwart-wit denken, hele bevolkingsgroepen labelen, krijgt de boventoon. Nuances zijn niet welkom.
Een keten van oorzaken en gevolgen
Het gebeuren rond de recente rellen in Amsterdam illustreert dit weer. De aandacht gaat vooral uit, vooral van de regering, naar het gedrag van (Amsterdamse) jongeren die Maccabi-supporters belaagden met hit en run acties op scooters. Het gedrag van die Israëlische supporters, dat ook afschuwelijk was, bleef onderbelicht of werd zelfs genegeerd.
Het lijkt of de Verlichting, die met Spinoza ook in Amsterdam opbloeide, uitgedoofd is. Spinoza leerde ons te kijken naar een hele keten van oorzaken en gevolgen. De dingen, zoals het gedrag van die jongens op scooters, staan niet op zichzelf. ‘Dit is omdat dat is’, heet dat in het boeddhisme. En een raad van Spinoza is hier ook zeer toepasselijk: ‘Je moet mensen niet veroordelen, maar probeer ze te begrijpen’. Je zou je dan ook eens kunnen voorstellen wat de dagelijkse beelden van de verschrikkingen in Gaza doen met jongeren uit een Islamitisch milieu. Daarmee is hun gedrag niet goed gepraat, maar maakt het wel meer begrijpelijk. Inzicht in de hele situatie, het wegen van alle feiten, is nodig voor het nemen van goede maatregelen door de overheid.
Zekerheden
Dat teken van deze tijd, het hebben van vaste vooroordelen, zal ook te maken hebben met behoefte aan zekerheid. Net als het eerder genoemde schuilen in een groep met een sterke leider. Vroegere zekerheden, zoals het geloof, zijn weggevallen, veel is in verandering, en dan zijn vaste oordelen tot steun. Je weet dan waar je staat te midden van een verwarrende wereld en je kunt makkelijk je mening geven. Je identiteit wordt duidelijk. Als je anderen dan nog eens naar beneden haalt met grove kritiek wordt je zelf groter.
Zelfstandig nadenken zoals de Verlichting ons heeft geleerd, is niet erg aantrekkelijk. Want dan moet je eerst twijfelen, een houding van niet-weten aannemen. Dat vergt een innerlijke stevigheid, een thuis zijn in jezelf, en dat ontbreekt er tegenwoordig nogal eens aan.
Hoopgevend
Maar er zijn uitzonderingen die hoop geven. Bijvoorbeeld de gesprekken die rabbijn Lody van der Kamp voert met islamitische jongeren. Hij wil niet toestaan dat ze tot elkaars ‘vijand worden gebombardeerd’, zoals ik in dagblad Trouw las.
Een tweede voorbeeld geven twee Amsterdamse raadsleden, de een is joods, de ander een islamiet. Ze voeren gesprekken met elkaar op basis van hun waarden. Dan kun je iets gemeenschappelijks vinden en meningsverschillen die blijven, wat relativeren.
Wanneer mensen die totaal verschillend zijn qua aard en opvattingen met elkaar in gesprek gaan en elkaar als mens ontmoeten, kan er toch nog iets komen van die ‘zelfopenbaring van God’, waar Halík het over heeft.
Over de auteur
Wim Davidse was werkzaam als projectleider/onderzoeker bij een economisch instituut en is auteur van het boek Er is meer in ons – leren van de mystici.