Geschreven door 08:09 Actueel

Het niets dat alles is (29): De dood en het eeuwige Leven

Veel mensen denken dat de dood het absolute einde is. Anderen dat we, afhankelijk van hoe we ons leven hebben geleid, een plek krijgen in het hiernamaals. Weer anderen geloven in reïncarnatie en karma.

Door: Eddy Karrenbelt | Foto: Pixabay

Weinigen beschouwen de dood als een beweging in het Ene, die we wezenlijk zijn. In het Taoïsme zei de wijze Yin Xi dat zo mooi: ‘de dood is als het verdrinken van water in water’.
De eeuwige essentie die we zijn, is niet geboren en gaat niet verloren.

De perceptie op de dood bepaalt hoe we er in ons bestaan mee omgaan.
Of we er bang voor zijn, de dood het liefst wegstoppen, of deze aanvaarden als deel van het leven. Of we er van alles aan doen om de dood koste wat het kost uit te stellen of dat we haar vertrouwen en omarmen.
De dood brengt altijd missen en verdriet met zich mee. Om degenen die achter gelaten worden en voor wie achterblijven. De grootte en diepte van het verdriet hangt ook samen met hoe er tegen dood en leven wordt aangekeken en het innerlijk besef, gewaar zijn, van de diepte van leven in het Hart.

Hoe ik tegen de dood aankijk, laat zich zien in meerdere gedichtjes, zoals in het Dank gedichtje dat ik schreef bij het overlijden van onze jongste zoon:

al die mensen
die zijn gekomen
hebben geschreven
bij ons waren
bij ons zijn

die zijn geraakt

die ergens voorbij het sterven
misschien een glimp van diepte
van leven hebben gezien

die ons hart hebben verwarmd
ons raakbare hart
al die lieve mensen

En het allerlaatste gedicht van de bundel ‘Dat wat is’:

Pasgeboren schoonheid

van naar binnen kijkend
fijngevoelig zijn
ga jij jouw weg
halsreikend
stappend in de tijd
ontluikend gaandeweg
in jou
de eeuwigheid

In ons leven hebben we de mogelijkheid om in ons de eeuwigheid te ontluiken. Wijzen hebben geschreven dat op de Weg naar verlichting ons ik, ons ego, ons denken, voelen en willen, kan sterven. Minder en minder worden en uiteindelijk uitdoven, opdat wie we ten diepste zijn zich in ons, in ons Hart, kan openbaren. Het bloeiende Hart. De eeuwige liefde en gelukzaligheid. De ware Mens. Je ware natuur vergeten is de echte dood; je deze herinneren is de ware geboorte, het eeuwige Leven.

Ramana zei het zo:
‘Hij die door inzicht de gebieden van de zintuigen heeft overwonnen is de enige ware Verlichte, gestabiliseerd in het Kennen van het Zelf, de Ene Werkelijkheid. Hij is het stralende licht van louter Bewustzijn, drager van de Bliksemstraal van het ware Kennen, de Dood van de dood – de Held die de dood heeft gedood.’

In het Johannes Evangelie staat (4:14):
Maar zo wie gedronken zal hebben van het water, dat Ik hem zal geven, die zal in eeuwigheid niet dorsten; maar het water, dat ik hem zal geven, zal in hem worden een fontein van water, springende tot het eeuwige leven.

Als je bent wie je wezenlijk bent. En wie je ten diepste bent, ontdaan van haar bedekking, zich in je hart openbaart, dan bloeit het leven in jou, voorbij lichaam en geest. Als je doodgaat, sterft het lichaam. Wie je wezenlijk bent is onvergankelijk. Je gaat vooraf en voorbij aan geboren worden en sterven.

Ook schreef ik het volgende gedichtje:

Ontdekking

eens zal ik sterven
vredig
als jij mij bent
ik jou
als wij de wereld zijn
het opperste gewelf
de zon, de maan
de Liefde zelf

In wie we ten diepste zijn, zijn we de ander. Er is geen tweeheid, maar eenheid.

In het Thomas Evangelie raken de volgende logions aan de dood:

Logion 1
En hij zei: Wie de betekenis van deze woorden vindt, zal de dood niet proeven.

Logion 3
Jezus zei: Maar het Koninkrijk is binnenin jullie en buiten jullie. Wie zichzelf kennen, zullen het vinden; wie zichzelf kennen, zullen weten dat zij kinderen zijn van de Levende Vader.

Logion 111
Jezus sprak: ‘De hemelen en de aarde zullen worden opgerold in jullie aanwezigheid. En hij die leeft vanuit de Levende zal de dood niet aanschouwen.
Want Jezus spreekt aldus: ‘Wie zichzelf vindt, is groter dan de wereld.

De betekenis van de woorden vinden is een innerlijke weg naar wie je wezenlijk bent. In het Ene, De Godheid, De Liefde, is louter Leven en als je dat beseft, bent, ben je voorbij leven en dood.

Er is geschreven:
Bewuste dood en bewuste onsterfelijkheid, terwijl je nog in je lichaam bent, is de bedoeling van ons bestaan. Waarom moet er verdriet zijn om hen die dood zijn? Ze zijn bevrijd uit hun gebondenheid.
Je weent om de doden, maar als het ‘ik’, het ego, er niet meer is voordat je sterft, je de eeuwigheid in jezelf hebt ontloken, verandert de kleur van het verdriet. Zij wordt van duister tot licht.

Zhuang Zi:
Toen zijn vrouw was gestorven:
‘Mij bezinnend op het begin van haar bestaan, kwam ik tot het inzicht dat zij oorspronkelijk geen leven bezat, niet slechts geen leven, maar ook geen vorm.
Niet slechts geen vorm, maar ook geen levensenergie.
De levensenergie veranderde en er was een vorm. De vorm veranderde en er was leven. Vandaag was er weer een verandering en die leidde tot de dood.
Deze opeenvolging van veranderingen is als de gang van de vier seizoenen.
Zij ligt rustig in het Immense Huis.
Dan toch nog luidruchtig bij haar blijven huilen, zou ik als gebrek aan voeling met het lot beschouwen. Daarom ben ik ermee gestopt’.

Hoe weet ik of de gehechtheid aan het leven geen dwaling is?
Hoe weet ik of wie de dood verafschuwt, niet is als iemand die van jongs af aan verdwaald is en niet weet terug te keren?
Hoe weet ik of de doden het niet betreuren dat ze aanvankelijk smeekten in leven te mogen blijven?

De wijze mens zwerft in het oord waaruit de dingen niet verdwijnen kunnen en waarin alles blijft bestaan. Vroege dood en ouderdom acht hij beide goed. Evenzo begin en einde. Hij is voorbij aan de gangbare scheiding van leven en dood.

Ik sluit af met twee mooie gedichten. De eerste is van Kabir:

Als ik de noten van zijn fluit hoor,
kan ik niet stoppen met dansen.

De meimaand is nog niet daar,
maar de bloesems gaan al open
en de bij ontving de uitnodiging reeds.

De lucht boven de zee betrekt,
een flits licht op,
het is zwaar weer in mijn hart.

Buiten stroomt de regen,
binnen verlang ik naar de Geliefde.

Mijn hart heeft de plek bereikt
van het ademend ritme van de wereld.

Daar wapperen de ongeziene vlaggen.

Kabir zegt:
Mijn hart sterft, al leeft het.

De tweede van Jacob Israël De Haan

De dood bestaat niet …

De Dood bestaat niet. Hij is maar geschapen
Door ’t Leven, dat geen Eind zonder Begin verstaat.
Wees onbevreesd: eens zult gij slapen
In ’t Niets, dat Nimmermeer vergaat.

En dát tenslotte, doet mij denken aan passages van meester Eckhart in zijn Preken:

‘Alleen zij die aan niets gelijk zijn, zijn aan God gelijk. Goddelijke wezenheid is aan niets gelijk, want daarin bestaat beeld noch vorm. Heel stil en volkomen leeg is het allerbeste.’
‘Wanneer God jou zo bereid vindt, moet Hij werken en zich uitgieten, op dezelfde manier waarop de zon, als de lucht zuiver en helder is, zich moet uitgieten en zichzelf niet kan tegenhouden.’
‘In het doorbreken ontvang ik dat ik en God één zijn. Daar ben ik wat ik was, en daarmee neem ik niet af of toe, want ik ben daar een onbeweeglijke oorzaak die alle dingen beweegt.’
‘Daarom ben ik ongeboren, en overeenkomstig mijn ongeborenheid kan ik nooit sterven.’

Over de auteur
Eddy Karrenbelt heeft reeds geruime tijd een coach praktijk. Daarnaast schrijft hij liedjes en gedichten en treedt hiermee op. Hij heeft daarnaast ruime ervaring in leidinggeven. Dit vanuit een brede achtergrond: van binnenstedelijke projectontwikkeling en beheer openbare ruimte tot werk en inkomen en het brede sociale domein. De eigen gedichtjes komen uit de bundel: ‘Dat wat is’. Zijn inspiratie vindt hij in de mystiek. Voor meer informatie: www.praktijkvoorbewustwording.com.

(Visited 192 times, 5 visits today)
Sluiten